Een televisierelikwie: over de digitalisering van 'James Lee Byars: The World Question Center'

Auteur: Emanuel Lorrain (PACKED vzw)

Gepubliceerd in: ARGOSMAGAZINE, N°05 Apr - Jun 2012. Brussel: argos - centrum voor kunst en media, p. 32-34

 

James Lee Byars (Detroit 1932 - Cairo 1997) was een Amerikaanse kunstenaar wiens werk zich afzet tegen iedere strikte omschrijving of indeling. Alhoewel er gelijkenissen zijn met conceptuele, minimale en performancekunst, kan zijn werk er niet toe worden herleid. De eenvoudige ideeën die vaak aan de basis liggen van zijn kunstwerken krijgen gedaante in een zeer uiteenlopende waaier van vormen zoals installaties, sculpturen en performances. Hierin gebruikte hij vaak materialen als glas, papier, zijde en goud. Centraal in zijn werk staat zijn eigen aanwezigheid, zowel fysiek als mentaal. Byars' kunst werd sterk beïnvloed door zijn vele reizen en door onder andere de Zen-filosofie en het Noh-theater die hij ontdekte tijdens de jaren die hij in Japan doorbracht. Zijn kunstwerken kunnen vaak worden beschouwd als een soort relikwieën.

 

In 1969 bedacht hij een werk met de titel The World Question Center dat bestond uit een poging om vragen te verzamelen die enkele van de 'honderd briljantste geesten' bezig hielden. Op 28 november 1969 werd deze performance live uitgezonden op televisie. De kunstenaar vroeg aan een aantal intellectuelen, kunstenaars en wetenschappers om hem één vraag te ‘geven’ die belangrijk was voor hen. Een cirkel van mannen en vrouwen die een speciaal kleed droegen dat door de kunstenaar was ontworpen, omringde hem op de scène. De verschillende gesprekspartners zoals bijvoorbeeld John Cage, Hans Hollein of Marcel Broothaers waren aanwezig in de kamer of werden tijdens de uitzending per telefoon gecontacteerd.

 

 (fig.1) Videostill uit The World Question Center.

 

Het programma werd in Brussel gefilmd in de televisiestudio’s van de vroegere Belgische Radio Televisieomroep (BRT), de Vlaamse openbare radio en televisie die later de VRT werd. De live uitzending van The World Question Center werd gemaakt door Jef Cornelis, een Belgische regisseur die geboren werd in 1941 en voor de BRT werkte van 1963 tot 1998. In deze periode regisseerde Jef Cornelis meer dan 200 films over onderwerpen die varieerden van beeldende kunst tot architectuur, stedenbouw, literatuur en politiek. Voorafgaand aan The World Question Center maakte hij samen met Geert Bekaert een documentaire over James Lee Byars' eerste Europese tentoonstelling in galerie Wide White Space in Antwerpen. Deze documentaire, James Lee Byars: een Amerikaans kunstenaar, werd door de BRT uitgezonden vlak voor Byars' live performance. De uitzending van een programma van een uur zoals The World Question Center door een nationale publieke televisieomroep was een vrij unieke gebeurtenis. “Dat de publieke omroep dit avontuur uitzond, en dan nog op een vrijdagavond om tien uur, is nog steeds een raadsel voor mij”, zei Jef Cornelis ooit.1

Volgens hem werd de uitzending simultaan opgenomen op één 2” open reel videotape en op twee 1” Philips open reel videotapes. Gedurende vele jaren werden deze opnamen verloren gewaand, tot in 2002 twee VCR-kopies2 gevonden werden in Antwerpen en vervolgens werden gedigitaliseerd. Helaas zag het digitale beeld er meer sepia uit dan zwart-wit, was het bijgesneden en was het contrast en definitie zwak. Ook het klankniveau was zwak. De algemene kwaliteit van de digitale kopie kwam niet in de buurt van de kwaliteit die men zou verwachten van een programma dat werd gemaakt door een nationale televisieomroep. Gelukkig werd er in 2009 een 1” Philips tape gevonden in de collectie van Herman Daled, een Belgische verzamelaar van hedendaagse kunst die ook te zien is in het programma. Alhoewel er geen informatie over de inhoud beschikbaar was op de tape of in zijn doos, was er een sterk vermoeden dat hij waarschijnlijk een opname van The World Question Center bevatte. Omdat de kwaliteit van de digitalisering van de VCR-tapes onbevredigend was, contacteerde argos, centrum voor kunst en media – waar de 1” Philips tape werd bewaard – PACKED vzw3 om onderzoek te doen naar waar en hoe de tape opnieuw zou kunnen worden afgespeeld om de inhoud te achterhalen, en van deze bron een betere conserveringsmaster te produceren als het een opname van The World Question Center betrof.

 

 (fig.2) VPL 8 in. IC 1800 ft. tape van Philips.

 

Het exacte type van de ontdekte 1" Philips tape is een VPL 8 in. IC 1800 ft. die werd opgenomen met behulp van een EL 3402 reel-to-reel videorecorder die Philips begon te produceren in 1968 als een opvolger van haar videorecorder, de EL 3400. De EL 3402 was niet bestemd voor de omroepmarkt en werd vooral gebruikt in de industrie-, onderzoeks- en onderwijssector. In 1969, toen The World Question Center werd opgenomen, was de EL 3402 een vrij nieuw videoformaat en het is niet duidelijk hoe twee recorders in de BRT-studio’s belandden op de dag van de uitzending. De EL 3402 gebruikt de CCIR 625 PAL standaard en wordt gekenmerkt door het gebruik van één enkele videokop en een type tapelus die de 'Alpha-lus' wordt genoemd (een verwijzing naar de oude Griekse letter, aangezien in deze configuratie de tape een volledige slag maakt rond de bovenste trommel).

Zoals met andere antieke videoformaten zoals sommige ½ “ open reel formaten, is één van de belangrijkste problemen bij het digitaliseren van tapes iemand te vinden die zowel een functionerende videospeler bezit als de nodige technische kennis om uit het toestel een video- en audiosignaal te verkrijgen dat goed genoeg is om de inhoud over te zetten. Door de leeftijd van de apparaten zijn specifieke herstelling en onderhoud (koppen, elektronica, aandrijfriemen, …) bijna steeds systematisch vereist. Een videospeler moet bovendien vaak voor elke tape, geval per geval, opnieuw worden afgesteld omdat vroege video-opnamen vaak sterk verbonden waren met het originele toestel waarmee ze werden gemaakt. Daarom is een grondige kennis van de technische werking en de eigenschappen van de videoapparatuur vereist om dergelijke tapes te digitaliseren. In vele gevallen is het videosignaal van oude videotapes niet stabiel genoeg voor digitalisering en moet het eerst worden gestabiliseerd met een geschikte Time Base Corrector (TBC). Vaak moeten zelfs verschillende TBCs worden geprobeerd om te zien welke het beste resultaat geeft voor een bepaalde tape. Na enig onderzoek identificeerde PACKED vzw in Europa vijf videolabo’s die beweerden deze 1” Philips tape te kunnen digitaliseren. Na een reeks uitwisselingen met verschillende labo’s om de best mogelijke oplossing te vinden, werd de tape toevertrouwd aan AV Works, een videolabo uit Nederland.

 

 (fig.3) Videostill uit The World Question Center.

 

De tape was, zijn ouderdom in acht genomen, in een vrij goede conditie en buiten een lichte reiniging was er geen echte behandeling nodig om hem te kunnen afspelen. AV Works digitaliseerde de tape driemaal, en na een vergelijkende vertoning kozen argos en PACKED vzw uit de drie resulterende bestanden de beste als de nieuwe (digitale) moederkopie van het werk. Deze versie werd goedgekeurd door zowel Jef Cornelis als Herman Daled, de eigenaar van de tape, en wordt nu bewaard bij argos. In vergelijking met de vorige moederkopie vertoont de nieuwe digitale moederkopie een belangrijke verbetering met betrekking tot zowel het contrast en de stabiliteit van het beeld als de kwaliteit van de klank. In het geval van The World Question Center bleek het teruggrijpen naar de originele 1” tape voor digitalisering een winstgevende keuze.

Om het digitaliseren van dergelijke oude videoformaten tot een goed einde te brengen is het belangrijk om een videolabo te kiezen dat is uitgerust met de vereiste digitale infrastructuur en analoge hardware. Voor The World Question Center werd het volledige digitaliseringsproces, inclusief de kwaliteitscontrole en de keuze van het bestandsformaat en de codec gebaseerd op de richtlijnen van de CultureelErfgoedStandaardenToolbox4 die werd ontwikkeld door PACKED vzw. Helaas was het gebruik van de geprefereerde codec en bestandsformaat – een lossless codec in een open wrapper – niet mogelijk omdat geen enkele van de vijf videolabo’s dit kon leveren. In plaats daarvan werd de tape gedigitaliseerd naar het best mogelijke alternatief: een 10-bit uncompressed .AVI bestand met de propriëtaire V210 codec. Alhoewel er op geen enkele manier een compromis werd gesloten op het vlak van de video- en audiokwaliteit, moet er in de nabije toekomst een transcodering gebeuren naar een gestandaardiseerd open bestandsformaat en een open codec om de bewaring van en de toegang tot dit unieke kunstwerk en document te verzekeren voor de lange termijn. Het in acht nemen van deze voorzorgsmaatregel zal het mogelijk maken om dit kostbare relikwie veilig te stellen voor volgende generaties.

Een uitgebreider verslag over de digitalisering vind je hier.

Een verslag over de identificatie van de tape, vind je hier.

 

Voetnoten:

 

 

  • 1. Koen Brams en Dirk Pültau. “I was too curious to hand everything over to the artists”. Interview with Jef Cornelis on his film for television, Sonsbeek buiten de perken, 1971, and other films on major art events. Eerst gepubliceerd in Jong Holland, jaargang 22, nummer 3, 2006. Zie: http://archived.janvaneyck.nl/0_3_3_research_info/cornelis_interview5.html
  • 2. VCR (of Video Cassette Recording) is een formaat voor video-opname op magnetische banden van ½” dat in 1972 door Philips op punt werd gesteld.
  • 3. Voor meer informatie, zie: http://www.packed.be
  • 4. Sinds februari 2010 staat CEST voor 'Cultureel ErfgoedStandaarden Toolbox', een project om cultureel-erfgoedinstellingen uit Vlaanderen te helpen om de juiste standaarden te kiezen voor het aanmaken, beheren en toegankelijk maken van digitale collecties. Voor meer informatie, zie: http://www.projectcest.be/
logo vlaamse overheid