Inspecteren

Inspecteren (Intro)

Inspectie is het proces waarbij gedetailleerde informatie over een bestand verzameld wordt, ter voorbereiding op migratie naar nieuwere formaten. De term duidt ook op het verifiëren van de status van werken die reeds gepreserveerd werden of die nog moeten gepreserveerd worden.

In de analoge wereld worden werken regelmatig geïnspecteerd om tekenen van verval in de fysieke objecten op te sporen. In de context van digitale media bestaat inspectie uit het regelmatig nakijken van de werkzaamheid. Zo is het bijvoorbeeld belangrijk om na te gaan of de software en het besturingssysteem nog steeds werken (en zodoende de integriteit van het werk behouden blijft). Zulke inspectietests kunnen niet gebeuren zonder de gepaste hardware. Hardwaretoestellen moeten ook nagekeken worden op werkzaamheid, om te verzekeren dat het materiaal volledig functioneel is en blijft. Inspectie maakt duidelijk welke conserveringsacties noodzakelijk zijn.

De volgende karakteristieken of basiskenmerken van computergebaseerde kunst zouden gedurende de inspectie moeten worden nagekeken en in de catalogus beschreven:
- De snelheid van een werk: lijkt de navigatie van het werk (te) traag of (te) snel te gaan? (Denk erom dat een kunstenaar een werk bewust geprogrammeerd kan hebben om aan een bepaalde snelheid te draaien.)
- Ordening van beelden en/of tekst
- Leesbaarheid van beelden en/of tekst
- De functionaliteit van hyperlinks
- Kalibrering van de weergaveapparatuur

Voortdurende inspectie

Snel evoluerende technologieën en de dreiging van in onbruik raken maken een regelmatige inspectie en evaluatie van de integriteit van een computergebaseerd kunstwerk noodzakelijk. Het werk is immers een intern verbonden systeem van data, dataformaten, software en fysieke hardware.

Het is moeilijk om cijfermatig weer te geven hoe vaak items geïnspecteerd zouden moeten worden. In veel gevallen voorzien software-upgrades bijvoorbeeld geen terugwerkende compatibiliteit, waardoor zij – zonder voorafgaande waarschuwing – op korte tijd grote hoeveelheden digitale informatie onleesbaar maken.

Idealiter worden inspecties met een regelmaat van zes maanden uitgevoerd. Natuurlijk is dit niet altijd mogelijk, maar wanneer men een computergebaseerd werk in een collectie opneemt zou periodieke inspectie steeds moeten opgevat worden als een deel van de verantwoordelijkheid die het collectiehoudende instituut heeft tegenover het werk.

Test het werk zowel in zijn originele omgeving als in een zeer actuele omgeving, met het gebruik van de nieuwste versies software, besturingssysteem en/of hardware. Behoud meerdere kopieën van de originele software. Dit soort tests vormen de ideale gelegenheid om conserveringsrisico’s vast te stellen en te bepalen welke acties nodig zullen zijn wanneer het werk moet worden gemigreerd.